Verschil in eerste generatie en tweede generatie antipsychotica zinloos
Antipsychotica (medicijnen die tegen opwinding, wanen en agressie gebruikt worden) zijn altijd ingedeeld in de eerste generatie (het eerst ontdekt) en de tweede generatie (die recentelijk werden gevonden). Onderzoekers maken in de Lancet die vanaf 5 december 2008 online te bekijken is duidelijk dat de indeling misleidend en zinloos is. Het artikel verscheen uiteindelijk op 3 januari 2009 (Lancet 2009;373:42).
Ze bekeken 150 behoorlijk uitgevoerde onderzoeken. Bij elkaar hadden ze daardoor gegevens van meer dan 21.000 mensen die antipsychotica gebruikten. Ze vergeleken de middelen op basis van onder andere hun effectiviteit, hun bijwerkingen, verschijnselen van depressie, terugval in de klachten, kwaliteit van leven, en gewichtstoename. Wat blijkt? De indeling blijkt niet de handhaven.
Sommige van die tweede generatie antipsychotica zijn iets effectiever dan de eerste generatie middelen: clozapine (Clozaril), olanzapine (Zyprexa) en risperidon (Risperdal). Maar andere tweede generatie antipsychotica zijn helemaal niet effectiever: aripiprazol (Abilify), quetiapine (Seroquel), sertindol (Serdolect). En alleen aripripazol en ziprasidon gaven minder gewichtstoename dan haloperidol (Haldol), het vaakst gebruikte eerste generatie middel. Eerste generatie antipsychotica geven wat minder vaak Parkinsonachtige bijwerkingen, maar dat voordeel verdwijnt als je het vergelijkt met een lage dosis haloperidol, iets wat in de praktijk vaak wordt gegeven.
Waarom een indeling vasthouden als hij geen duidelijk onderscheid in werking, effectiviteit en bijwerkingen beschrijft. Het geeft alleen maar verwarring en artsen moeten gewoon per persoon een keuze maken op basis van de problemen en niet in alleen maar aan twee soorten medicijnen denken. Onafhankelijke deskundigen gaan op basis van dit onderzoek nog een stapje verder. Niet alleen de indeling afschaffen, maar hem ook ontmaskeren als een marketing strategie van de makers van deze medicijnen. De term tweede generatie suggereert dat er voortdurende vooruitgang te melden is. Eerst is er een eerste generatie, maar daar kleven problemen aan. Dan wordt eraan gewerkt en dan hebben we een tweede generatie die beter is.
Dat blijkt dus helemaal niet te kloppen.
Deze publicatie is onderdeel van het column van prof. dr. Ivan N. Wolffers, klik hier voor meer publicaties van de auteur.