Dr. Sandra Kooij: “ADHD medicatie is een remstof en een opruimstof”
In de recente jaren heeft psychiater Sandra Kooij via de media uitvoerig campagne gevoerd ter bevordering van ADHD medicijngebruik. Met dubieuze publicaties in grote kranten zaaide ze angst voor de onmeetbare ‘aangeboren’ hersenziekte ADHD en prees ze ADHD medicijnen de hemel in.
,,Wij hopen dat volwassenen die zich in de symptomen herkennen, zich laten testen. Met begeleiding en medicijnen kunnen zij hun leven weer op de rails krijgen.’’
(bron)
Op Youtube beweert Dr. Sandra Kooij in een video gericht aan ouders en kinderen dat ADHD medicatie een “remstof en een opruimstof” is.
Het is een dubieuze bewering.
Er zijn sterke aanwijzingen dat er sprake is van eugenetische motieven waarbij kinderen met ADHD medicatie een psychose worden ingedreven om ze met het lucratieve antipsychotica – het meest winstgevende medicijn-type van de farmaceutische industrie – gecontroleerd te laten sterven.
De Belgische apotheker Fernand Haesbrouck waarschuwt er al 10 jaar voor via zijn website www.adhdfraude.net. Hij is begin 2013 vrijgesproken door de Orde van Apothekers van België wat betekent dat zijn bewering correct moet zijn.
Volgens journaliste Jacqueline Steenwijk is Dr. Sandra Kooij een leugenaar.
Dr. Sandra Kooij is een leugenaar
Geschreven door Jacqueline Steenwijk
Mevrouw Sandra Kooij beweert dat 75 procent van de ADHD-patiënten ook een psychiatrische stoornis heeft. Allereerst denk ik dat zij veel ouders met zo’n opmerking ernstig laat schrikken, maar los daarvan, wordt deze stelling volledig tegengesproken door Luuk Kalverdijk van het Landelijk Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie. Volgens hem heeft bijvoorbeeld nog geen vijf procent van de ADHD’ers tevens een depressie. Kooij stelt verder dat de bron onjuist wordt geciteerd. In mijn artikel in het ND van 30 juni staat letterlijk dat het middel niet langer dan twaalf maanden achtereen geslikt mag worden. En dat is feitelijk juist. Mochten patiënten na een verplichte rustperiode toch nog behoefte hebben aan het middel, dan mag opnieuw dit middel worden voorgeschreven. Overigens stelt het rapport nadrukkelijk dat het middel niet voor onbepaalde tijd gegeven mag worden. Dit is ook niet nodig, stelt het rapport. Meestal kan tijdens of na de puberteit gestopt worden.
Kooij schrijft ook dat er nergens in het rapport staat dat het middel niet gebruikt mag worden als de stoornissen behandeld zijn. Dat heb ik ook niet geschreven. In mijn artikel staat dat het middel niet gegeven mag worden aan een patiënt die op dat moment een psychische stoornis heeft. Die moet namelijk eerst behandeld worden, zo staat er. Daarbij stelt het rapport overigens een voorgeschiedenis van depressies ook als contra-indicatie.
Langdurig gebruik gevaarlijk
Ten slotte stelt Kooij dat het onderzoek naar langdurig gebruik gedaan wordt bij ,,jonge kinderen, volwassenen en ouderen, bij wie de medicatie minder goed is onderzocht dan bij kinderen en adolescenten”. Dit is feitelijk onjuist. Het rapport stelt zelfs een verbod voor op het gebruik van deze middelen bij jonge kinderen en ouderen. Onderzoek naar langdurig gebruik is dan ook niet mogelijk. Voor volwassenen geldt dat dit middel niet geregistreerd is als medicatie voor deze doelgroep, omdat, in tegenstelling tot wat Kooij beweert, het middel bij volwassenen volgens de Europese Commissie niet voldoende is onderzocht. Het onderzoek betreft daarom alleen de langdurige effecten van het middel bij kinderen boven de zes en onder de achttien jaar oud, de enige leeftijdsgroep waarvoor dit middel geregistreerd staat.
Alhoewel ik begrijp dat mevrouw Kooij veel onderzoek heeft gedaan naar deze middelen bij volwassen ADHD’ers hecht ik er aan om in een bericht over een rapport van de Europese Unie de feitelijke conclusies van dat rapport aan te houden.
Jacqueline Steenwijk werkt als verslaggever voor de Geassocieerde Persdiensten (GPD), waarbij ook het ‘Nederlands Dagblad’ is aangesloten.
Zie voor de volledige tekst van het desbetreffende persbericht van de European Medicines Agency EMEA: www.emea.europa.eu/pdfs/human/referral/methylphenidate/2231509en.pdf.
Voor de beschikking van de Europese Commissie Ondernemingen en Industrie zie: ec.europa.eu/enterprise/pharmaceuticals/register/ho11401.htm
Bron: Nederlands Dagblad
-
koos
-
Martin bouwmeester